Op sterk water
Een onderzoek naar de anatomische invloed van dr. Frederik Ruysch in de culturele omslag op Rusland onder Peter de Grote.
Inleiding
Peter de Grote staat bekend als de grote hervormer van
Rusland. Waar het land voor zijn regeerperiode nog overwegend agrarisch was,
veranderde het in korte tijd in een verlicht geheel, met onderwijs, medische
kennis en schatten aan informatie te vinden in Academie van Wetenschappen in
Sint-Petersburg. Minder bekend is dat in dit proces van hervormen Nederland een
grote rol gespeeld heeft. Met een grote groep gegadigden reist Peter in 1697
voor het eerst buiten de grenzen van Rusland dat op dat moment nog zeer
oostelijk gericht was. Tijdens deze reis, die ook wel de Grote Ambassade
genoemd wordt, verbleef hij in Amsterdam. Amsterdam gaf hem de mogelijkheid om
grote figuren in de medische geschiedenis te ontmoeten. Zo leerde hij ook
Frederik Ruysch (Maart 28, 1638 - Februari 22, 1731) kennen. Deze anatoom
stond toen al wereldwijd bekend om zijn uitzonderlijke preparaten en
levensechte gebalsemde doden. Op 17 september 1697 werd op pagina 1697 op
pagina 30 in zijn bezoekersboek geschreven:
‘’Ik, hieronder genoemd, ben op reis – om het grootste deel van Europa te zien – hier in Amsterdam geweest, voor kundigheden waaraan ik al eerder behoefte had, hierbij dingen bekijkend, waaronder ik, niet in de laatste plaats, de kundigheid op het gebied van de anatomie van de heer Ruysch heb gezien, en volgens de gewoonte van dit huis heb ik dit met eigen had ondertekend. Peter.’’
De relatie tussen de twee historische figuren kan als bijzonder getypeerd worden. Het contact met Ruysch zorgde voor een voorliefde voor anatomie bij de tsaar. Hij kreeg kijk op de ‘mysteries’ van het menselijk lichaam.
‘’Ik, hieronder genoemd, ben op reis – om het grootste deel van Europa te zien – hier in Amsterdam geweest, voor kundigheden waaraan ik al eerder behoefte had, hierbij dingen bekijkend, waaronder ik, niet in de laatste plaats, de kundigheid op het gebied van de anatomie van de heer Ruysch heb gezien, en volgens de gewoonte van dit huis heb ik dit met eigen had ondertekend. Peter.’’
De relatie tussen de twee historische figuren kan als bijzonder getypeerd worden. Het contact met Ruysch zorgde voor een voorliefde voor anatomie bij de tsaar. Hij kreeg kijk op de ‘mysteries’ van het menselijk lichaam.
Het onderzoek
De hoeveelheid aan verandering die Peter in zijn heerschappij als tsaar van Rusland teweegbracht is een breed onderwerp. Daarom is in dit onderzoek ervoor gekozen het onderwerp te beperken. Het richt zich op het contact tussen de tsaar en de anatoom en bekijkt hoe de anatomische collectie een aandeel heeft gehad in onder andere de oprichting van de Academie van Wetenschappen, de opkomst van onderwijs, een rationalisering onder het Russische volk en de verandering in bijvoorbeeld de medische kennis, de wetenschap in het algemeen en de politieke gang van zaken in Rusland. Gericht is op in hoeverre Ruysch aan deze veranderingen heeft bijgedragen onder en na de heerschappij van Peter de Grote.
|
Peter de Grote en de 'Grote Ambasade'
Peter de Grote groeide op in ver weg van het conservatieve Moskou. Zijn halfzus Sophia had de macht gegrepen. Dit had tot gevolg dat hij de gelegenheid kreeg om in de open lucht op het land vrij en onbelemmerd te leven. Hij volgde dan ook niet de gebruikelijke opleiding die normaal aan het hof onderwezen werd. Hij zou nooit goed leren lezen en schrijven. Zijn handschrift, spelling en grammatica ontwikkelden zich nooit beter dan dat van een kind van tien. Daarnaast leerde hij geen andere taal dan het Russisch, op het kleine beetje Duits en Nederlands na dat hij tijdens zijn reis oppikte. Hij miste een gedisciplineerde training. Wel ontwikkelde hij door deze opvoeding een enorme nieuwsgierigheid en onttrekt zich daardoor aan de conservatieve conventies van de Russisch orthodoxe kerk en gebruiken van het Kremlin. Op zijn 17e greep Peter de macht, dit was in 1689. Peter had zich op het land verdiept in de kunst van het oorlog voeren. Hij overtuigde de Streltsy dat Sophia haar macht misbruikte.
Rond 1700 was Rusland een overwegend agrarisch land. Het was op zichzelf en leefde in een cultureel isolement. Russen mochten niet zomaar naar het buitenland reizen en het opdoen van ideeën over de grens was dan ook vrijwel uitgesloten. De cultuurimport was duur en Peter zocht hier een alternatief voor. Hij wilde de achterstand op het gebied van wetenschap en techniek inhalen. Daarom besloot hijzelf naar het westen te trekken. Dit was bijzonder, het was namelijk de eerste keer dat er Russen vreedzaam buiten de grenzen trokken. Zijn reis, ook wel de ‘Grote Ambassade’ genoemd, duurde 18 maanden en startte op 30 maart 1697. De groep bestond uit 250 man, waaronder ook priesters, koks, 20 edelen, 35 jonge Russische vrijwilligers, 70 soldaten, 4 dwergen en anderen. De tsaar wilde geen tijd verliezen aan onnodige en storende ceremonies en protocollen, daarom reisde de tsaar anoniem mee met de deze groep. Hij reisde onder de naam: Pjotr Michailov. Naar schijnt is de tsaar vanwege meerdere redenen over de grenzen getrokken. Zo wilde hij het reeds gestichte bondgenootschap tegen de Turken weer aanhalen. Ook wilde hij de kunst van het schipbouwen verkrijgen en wilde hierin geschoold worden. Maar het meest speelden nog wel de gretigheid en het verlangen om te leren.
Rond 1700 was Rusland een overwegend agrarisch land. Het was op zichzelf en leefde in een cultureel isolement. Russen mochten niet zomaar naar het buitenland reizen en het opdoen van ideeën over de grens was dan ook vrijwel uitgesloten. De cultuurimport was duur en Peter zocht hier een alternatief voor. Hij wilde de achterstand op het gebied van wetenschap en techniek inhalen. Daarom besloot hijzelf naar het westen te trekken. Dit was bijzonder, het was namelijk de eerste keer dat er Russen vreedzaam buiten de grenzen trokken. Zijn reis, ook wel de ‘Grote Ambassade’ genoemd, duurde 18 maanden en startte op 30 maart 1697. De groep bestond uit 250 man, waaronder ook priesters, koks, 20 edelen, 35 jonge Russische vrijwilligers, 70 soldaten, 4 dwergen en anderen. De tsaar wilde geen tijd verliezen aan onnodige en storende ceremonies en protocollen, daarom reisde de tsaar anoniem mee met de deze groep. Hij reisde onder de naam: Pjotr Michailov. Naar schijnt is de tsaar vanwege meerdere redenen over de grenzen getrokken. Zo wilde hij het reeds gestichte bondgenootschap tegen de Turken weer aanhalen. Ook wilde hij de kunst van het schipbouwen verkrijgen en wilde hierin geschoold worden. Maar het meest speelden nog wel de gretigheid en het verlangen om te leren.
Dr. Frederik Ruysch
De in Den Haag geboren Frederik Ruysch was een anatomische grootheid in Amsterdam in de 17e en begin 18e eeuw. Hij gaf met zijn publicaties en zijn onderzoeken een compleet andere kijk op de geneeskunde en de anatomie. Onder invloed van het onderzoek van Ruysch kwamen wetenschappers tot de conclusie dat het lichaam ontzettend complex is en gaan het meer zien als een werkende machine. Zo schreef Ruysch onder andere een publicatie over het lymfatische systeem, hieruit bleek dat in de lymfen zich kleppen bevinden. Dit zorgde voor een revolutie in de geneeskunde. Ruysch had dit niet kunnen ontdekken als hij de techniek van zijn vriend Jan Swammerdam niet verder had kunnen ontwikkelen. Al eerder was de methode bekend om bloedvaten te injecteren met een substantie om zo de vaten beter te kunnen onderscheiden. Swammerdam is verdergegaan met het ontwikkelen van deze methode. Hij ervoer de methode echter als ‘goddeloos’ en ‘gaf’ deze aan Ruysch. Die verbeterde de techniek en maakte het op deze wijze mogelijk om het gehele lichaam te onderzoeken en de kleinste vaatjes van het lichaam te kunnen bekijken. De substantie die hij gebruikte om de vaten te injecteren bestond waarschijnlijk uit een mengsel van wax, hars, cinnaber en talkpoeder. De exacte samenstelling is daarentegen nog steeds niet geheel vastgesteld.
Waar Ruysch vooral bekend om was, waren zijn levensechte gebalsemde doden en zijn preparaten. Zijn werk is wereldwijd beroemd en zijn methode is tot op heden nog steeds een raadsel. Ruysch besteedde veel aandacht aan zijn presentatie, hij vond het bij preparaten belangrijk dat het aanzicht van een ontleden en afgesneden lichaamsdeel minder vreselijk leek dan dat het was. Hij wilde noch schrik, noch walging veroorzaken. Zijn doel was om door middel van de balsemkunst te bewerkstelligen dat de preparaten niet jaren, maar zelfs eeuwen mee konden gaan. Ruysch was zo populair dat velen, vooral degenen die zich op geneeskunde toelegden naar hem toekwamen. Ruysch vond het belangrijk dat ook de ‘monsters’ aangenaam moesten zijn voor het oog. Ze moesten niet vergelijkbaar zijn met de monsters die in andere Anatomische Schouwplaatsen te zien waren. Hiermee geeft hij ook aan dat hij zijn werkwijze van zijn collega’s afkeurt. Ruysch stelde zijn preparaten niet op om te griezelen. Veel van deze monsters werden versierd met kant, kralen en manchetten om de gruwelijkheden te verbloemen. De preparaten moesten de vredigheid van de dood benadrukken.
Gedurende zijn leven werkte Ruysch gestaag door aan zijn Anatomisch Kabinet, het museum dat hij aan huis presenteerde. In 1691 geeft hij in het Latijn voor het eerst hiervan een catalogus uit. In deze catalogus, met illustraties op ware grootte, stonden alle preparaten die hij op dat moment tentoonstelde. Uit deze catalogus is een goede indruk te krijgen hoe hij zijn preparaten had opgesteld en hoeveel hij er op dat moment had. Uit deze catalogus blijkt dat ze door elkaar werden geplaatst uit esthetische overwegingen. Toen Peter voor het eerst het kabinet bezocht telde de expositie van Ruysch bijna 2000 preparaten die hij graag aan zijn grote hoeveelheden bezoekers toonde en van commentaar voorzag. Ruysch was verlicht in zijn wetenschap, maar ook in zijn denken. Waar zijn tijdgenoten nog geloofden in 16eeeuwse verklaringen voor monstrueuze afwijken, twijfelde hij bij deze verklaringen. Zo zou, als een zwangere vrouw een lelijk of angstaanjagend object zag, de baby in de buik daardoor veranderen in een monster vanwege de schrikreactie. Ruysch sprak echter hier niet expliciet zijn mening over uit, wel liet hij merken dat hij bij de verklaringen van zijn tijdgenoten vraagtekens plaatste.
Waar Ruysch vooral bekend om was, waren zijn levensechte gebalsemde doden en zijn preparaten. Zijn werk is wereldwijd beroemd en zijn methode is tot op heden nog steeds een raadsel. Ruysch besteedde veel aandacht aan zijn presentatie, hij vond het bij preparaten belangrijk dat het aanzicht van een ontleden en afgesneden lichaamsdeel minder vreselijk leek dan dat het was. Hij wilde noch schrik, noch walging veroorzaken. Zijn doel was om door middel van de balsemkunst te bewerkstelligen dat de preparaten niet jaren, maar zelfs eeuwen mee konden gaan. Ruysch was zo populair dat velen, vooral degenen die zich op geneeskunde toelegden naar hem toekwamen. Ruysch vond het belangrijk dat ook de ‘monsters’ aangenaam moesten zijn voor het oog. Ze moesten niet vergelijkbaar zijn met de monsters die in andere Anatomische Schouwplaatsen te zien waren. Hiermee geeft hij ook aan dat hij zijn werkwijze van zijn collega’s afkeurt. Ruysch stelde zijn preparaten niet op om te griezelen. Veel van deze monsters werden versierd met kant, kralen en manchetten om de gruwelijkheden te verbloemen. De preparaten moesten de vredigheid van de dood benadrukken.
Gedurende zijn leven werkte Ruysch gestaag door aan zijn Anatomisch Kabinet, het museum dat hij aan huis presenteerde. In 1691 geeft hij in het Latijn voor het eerst hiervan een catalogus uit. In deze catalogus, met illustraties op ware grootte, stonden alle preparaten die hij op dat moment tentoonstelde. Uit deze catalogus is een goede indruk te krijgen hoe hij zijn preparaten had opgesteld en hoeveel hij er op dat moment had. Uit deze catalogus blijkt dat ze door elkaar werden geplaatst uit esthetische overwegingen. Toen Peter voor het eerst het kabinet bezocht telde de expositie van Ruysch bijna 2000 preparaten die hij graag aan zijn grote hoeveelheden bezoekers toonde en van commentaar voorzag. Ruysch was verlicht in zijn wetenschap, maar ook in zijn denken. Waar zijn tijdgenoten nog geloofden in 16eeeuwse verklaringen voor monstrueuze afwijken, twijfelde hij bij deze verklaringen. Zo zou, als een zwangere vrouw een lelijk of angstaanjagend object zag, de baby in de buik daardoor veranderen in een monster vanwege de schrikreactie. Ruysch sprak echter hier niet expliciet zijn mening over uit, wel liet hij merken dat hij bij de verklaringen van zijn tijdgenoten vraagtekens plaatste.
Peters hervormingen in Rusland
De collectie van Frederik Ruysch arriveerde in juli 1718 aan de kust in Rusland. Met het kopen van deze collectie trachtte Peter de Grote modernisatie naar Rusland te brengen. Al tijdens zijn eerste reis in 1697 – 1698 raakte Peter volledig overtuigd van het nut van onderwijs en de noodzaak om verspreid over heel Rusland scholen neer te zetten. Hij wilde net zoals in Europa Rusland verlichten. Op 14 januari vaardigde hij een bevelschrift uit dat er scholen voor onder andere wiskunde- en navigatieonderwijs gesticht moesten worden. Op deze scholen moest les worden gegeven door specialisten die Peter vanuit Engeland liet overkomen. Peter wilde specifiek geen Russen laten onderwijzen, zij waren immers niet thuis in de technieken die over de grenzen gebruikt werden. In 1703 richtte hij een gymnasium op waar les werd gegeven in de humaniora, ook wel geesteswetenschappen, en de klassieke talen. Daarnaast stichtte de tsaar een militair hospitaal, met daarbij een hospitaalschool in 1706. Peter was hiermee de eerste die een school voor de uitvoerende geneeskunde oprichtte. Peter legde sinds zijn bezoek aan Nederland een veel grotere nadruk op de anatomie dan voorheen en hier is dan ook de invloed van Ruysch te bespeuren. Met de collectie die hij in 1717 kocht wilde hij kennis vergaren. Hij wilde zijn land verlichten, hij wilde hen helpen te leren en observeren.
Peter had de zeggenschap over de kerk, dit had niet alleen tot gevolg dat dat hij er voor zorgde dat publieke lessen van de anatomie legaal werden. Ook had dit tot gevolg dat de rationalisering veel verder kon worden doorgevoerd. De kerk had geen mogelijkheid meer tot het manipuleren en bang maken van het volk. Peter zette zich actief in tegen het idee van de duivel en het geloof in wonderen. Dit is iets waar ook Ruysch zich mee bezighield, ook hij zette vraagtekens bij de interpretaties van zijn collega’s en de verklaringen die zij voor geboortedefecten plaatsten.
De oprichting van een Petersburgse Academie van Wetenschappen, en de Kunstkamera (afgebeeld op de afbeelding), diende volgens Peter I tot nut en eer van het vaderland. De enorme betrokkenheid van de tsaar blijkt uit de vele aantekeningen in de kantlijn van de ontwerpen van de Academie van Wetenschappen. Peter was kritisch en wilde dat de Academie goed tot stand kwam. Peter zorgde dan ook dat het onderwijs naar zijn eigen inzicht gegeven werd. De voordrachten op de academie die gehouden werden waren in het Latijn, Frans en Duits, terwijl voorheen geen enkele andere taal dan het Russisch gesproken werd. Hieruit blijkt dat Peter erg naar de lescultuur in het westen keek. Alle geleerden die Peter liet aanstellen aan de academie waren afkomstig uit het buitenland. Peter ontkende echter het taalprobleem dat dit met zich meebracht. Russische toehoorders, die vaak ook alleen het Russisch beheersten, hadden voor de lessen een vertaler nodig. Verder is Peter actief op zoek gegaan naar een oplossing voor het ontbreken van geschikte literatuur. Literatuur was tot dan toe niet in het Russisch beschikbaar. Hij voorzag problemen bij de vertaling van wetenschapsboeken. Daarom vond hij dat de boeken vertaald moesten worden door een persoon wiens moedertaal Russisch was, of in ieder geval door iemand die in Rusland geboren was. Het was volgens hem gemakkelijker om te vertalen naar je eigen taal dan andersom.
Peter had de zeggenschap over de kerk, dit had niet alleen tot gevolg dat dat hij er voor zorgde dat publieke lessen van de anatomie legaal werden. Ook had dit tot gevolg dat de rationalisering veel verder kon worden doorgevoerd. De kerk had geen mogelijkheid meer tot het manipuleren en bang maken van het volk. Peter zette zich actief in tegen het idee van de duivel en het geloof in wonderen. Dit is iets waar ook Ruysch zich mee bezighield, ook hij zette vraagtekens bij de interpretaties van zijn collega’s en de verklaringen die zij voor geboortedefecten plaatsten.
De oprichting van een Petersburgse Academie van Wetenschappen, en de Kunstkamera (afgebeeld op de afbeelding), diende volgens Peter I tot nut en eer van het vaderland. De enorme betrokkenheid van de tsaar blijkt uit de vele aantekeningen in de kantlijn van de ontwerpen van de Academie van Wetenschappen. Peter was kritisch en wilde dat de Academie goed tot stand kwam. Peter zorgde dan ook dat het onderwijs naar zijn eigen inzicht gegeven werd. De voordrachten op de academie die gehouden werden waren in het Latijn, Frans en Duits, terwijl voorheen geen enkele andere taal dan het Russisch gesproken werd. Hieruit blijkt dat Peter erg naar de lescultuur in het westen keek. Alle geleerden die Peter liet aanstellen aan de academie waren afkomstig uit het buitenland. Peter ontkende echter het taalprobleem dat dit met zich meebracht. Russische toehoorders, die vaak ook alleen het Russisch beheersten, hadden voor de lessen een vertaler nodig. Verder is Peter actief op zoek gegaan naar een oplossing voor het ontbreken van geschikte literatuur. Literatuur was tot dan toe niet in het Russisch beschikbaar. Hij voorzag problemen bij de vertaling van wetenschapsboeken. Daarom vond hij dat de boeken vertaald moesten worden door een persoon wiens moedertaal Russisch was, of in ieder geval door iemand die in Rusland geboren was. Het was volgens hem gemakkelijker om te vertalen naar je eigen taal dan andersom.
Tot slot
De invloed van Ruysch in Rusland is dus groot. Toen
Peter de Grote in 1698 in Rusland terugkeerde na achttien maanden met de ‘Grote
Ambassade’ rondgetrokken te hebben door
Europa begon hij met het doorvoeren van nieuwe regels gebaseerd op de regels en
de gebruiken in het ‘verlichte westen’. Hij was er volledig van overtuigd van
het nut van onderwijs en wilde over heel Rusland scholen gaan stichten. Hij
wilde Rusland gaan verlichten. Naast de stichting van onder andere een
wiskunde- en navigatie onderwijs en een gymnasium, stichtte de tsaar ook een
militair hospitaal, met daarbij een hospitaalschool voor uitvoerende
geneeskunde. Dit was een van de revolutionaire beslissingen die gemaakt werd
door Peter de Grote. Met de oprichting van deze hospitaalschool, was hij de
eerste die hiervoor een school oprichtte. Hier is de invloed van Ruysch
duidelijk merkbaar. Ruysch was zeer gefocust op de anatomie van het menselijk
lichaam, Peter heeft dit overgenomen en dit is terug te zien in de oprichting
van deze hospitaalschool en het verbeteren van de medicijnen in Rusland. Ruysch
inspireerde Peter en gaf hem de kennis mee die zijn leergierige geest zocht. De
veelheid aan preparaten in zijn Anatomisch Kabinet en de levensechte gebalsemde
lichamen zorgde voor Peters verlangen in het aanschaffen van de collectie van
Frederik Ruysch. Deze collectie is in 1718 uiteindelijk in zijn geheel gekocht
in opdracht van Peter door Areskine, zijn lijfarts, om in Rusland tentoon te
stellen. Bekend is dat de collectie van Ruysch een van de pronkstukken was van
de Kunstkamera, het museum dat onderdeel was van de Academie van Wetenschappen
in Sint-Petersburg.
Een ander punt waar Ruysch van invloed is geweest is de houding van Peter tegenover de kerk. Vanwege zijn opvoeding was hij al niet zeer gebonden aan de Russisch Orthodoxe kerk en haar conventies, maar de kennismaking met het werk van Ruysch heeft dit versterkt. Ruysch twijfelde aan de verklaringen van zijn collega’s voor geboortedefecten. Deze werden vaak bestempeld als een straf van God of het werk van de duivel. Ruysch zette hier vraagtekens bij. Hij liet het beantwoorden van de vragen echter over aan anderen. Peter daarentegen, zeker na het zien van de geboortedefecten in de preparaten van Ruysch, ging hij zich afzetten tegen het geloof in de duivel. Dit had tot gevolg dat de kerk haar macht tot manipulatie verloor. Zij konden het volk immers niet meer voorhouden dat ongeloof en andere dergelijke aspecten van zonden geboortedefecten tot gevolg zouden hebben.
De invloed van Frederik Ruysch is dus goed merkbaar in de Russische geschiedenis. Ruysch heeft er voor gezorgd dat de tsaar zich niet alleen heeft verdiept in de schepenbouw en dergelijke vaardigheden. De educatie van de tsaar is verbreed vanwege het contact met de anatoom. Niet alleen heeft het verdiepen in de anatomie er voor gezorgd dat er in Rusland kennis opkwam van geneesmiddelen en de werking van het lichaam, ook werden er hospitalen opgericht. De collectie die Frederik Ruysch verkocht aan Peter de Grote was een van de pronkstukken en heeft voor een grote rationalisering gezorgd onder het Russische volk. De tsaar heeft zelf de opening van de Academie van Wetenschapen niet meegemaakt, want hij stierf in 1725. Maar uit tekeningen is gebleken dat de collectie van Ruysch een van de centrale collecties was in de Kunstkamera. Zelfs tegenwoordig is de invloed van Ruys nog merkbaar in Rusland. In Sint-Petersburg zijn in het museum nog 935preparaten van de anatoom uit Amsterdam terug te vinden. De preparaten op sterk water zijn ondertussen nog steeds in goede staat en hebben een rijke geschiedenis achter zich liggen.
Een ander punt waar Ruysch van invloed is geweest is de houding van Peter tegenover de kerk. Vanwege zijn opvoeding was hij al niet zeer gebonden aan de Russisch Orthodoxe kerk en haar conventies, maar de kennismaking met het werk van Ruysch heeft dit versterkt. Ruysch twijfelde aan de verklaringen van zijn collega’s voor geboortedefecten. Deze werden vaak bestempeld als een straf van God of het werk van de duivel. Ruysch zette hier vraagtekens bij. Hij liet het beantwoorden van de vragen echter over aan anderen. Peter daarentegen, zeker na het zien van de geboortedefecten in de preparaten van Ruysch, ging hij zich afzetten tegen het geloof in de duivel. Dit had tot gevolg dat de kerk haar macht tot manipulatie verloor. Zij konden het volk immers niet meer voorhouden dat ongeloof en andere dergelijke aspecten van zonden geboortedefecten tot gevolg zouden hebben.
De invloed van Frederik Ruysch is dus goed merkbaar in de Russische geschiedenis. Ruysch heeft er voor gezorgd dat de tsaar zich niet alleen heeft verdiept in de schepenbouw en dergelijke vaardigheden. De educatie van de tsaar is verbreed vanwege het contact met de anatoom. Niet alleen heeft het verdiepen in de anatomie er voor gezorgd dat er in Rusland kennis opkwam van geneesmiddelen en de werking van het lichaam, ook werden er hospitalen opgericht. De collectie die Frederik Ruysch verkocht aan Peter de Grote was een van de pronkstukken en heeft voor een grote rationalisering gezorgd onder het Russische volk. De tsaar heeft zelf de opening van de Academie van Wetenschapen niet meegemaakt, want hij stierf in 1725. Maar uit tekeningen is gebleken dat de collectie van Ruysch een van de centrale collecties was in de Kunstkamera. Zelfs tegenwoordig is de invloed van Ruys nog merkbaar in Rusland. In Sint-Petersburg zijn in het museum nog 935preparaten van de anatoom uit Amsterdam terug te vinden. De preparaten op sterk water zijn ondertussen nog steeds in goede staat en hebben een rijke geschiedenis achter zich liggen.
Bonnen
Afbeeldingen:
1. http://ruysch.dpc.uba.uva.nl/cgi/t/text/text-idx?c=ruysch;lang=nl;page=home;#
2. http://historiek.net/museumnieuws/7396-hermitage-komt-met-grote-tentoonstelling-over-peter-de-grote?device=desktop
3. http://en.wikipedia.org/wiki/File:Frederik_Ruysch,_by_Jurriaen_Pool.jpg
4. http://en.wikipedia.org/wiki/File:Kunstkamera_SPB_01.jpg
Anemone, A., ‘The monsters of Peter the Great: The Culture of the St. Petersburg Kunstkamera in the Eighteenth Century’, The Slavic and
East European Journal 44 (2000) 583-602.
Deugd, N. de, Hoop, S. de, Poel, S. van der, Perspectieven op Midden en Oost-Europa. Een gedeelde ruimte waar
het verleden maar geen geschiedenis wordt. Van Gorcum : Assen, 2011.
Driessen-Van het Reve, J.J. De Kunstkamera van Peter de Grote, de Hollandse inbreng, gereconstrueerd uit brieven
van Albert Seba en Johann Daniel Schumacher uit de jaren 1711-1752. Verloren: Amsterdam, 2006.
Kistemaker, R., Kopaneva, N. en Overbeek, A. Peter de Grote en Holland, Culturele en wetenschappelijke betrekkingen tussen
Rusland en Nederland ten tijde van tsaar Peter de Grote. THOTH: Bussum, 1996.
Kooijmans, L. Death Defied, the anatomy lessons of Frederik Ruysch. BRILL : Leiden, 2011.
Land, J.P.N. Over de werking van eenige hartgiften. N. H. Beer : Amsterdam, 1886.
Massie, R. Peter de Grote en het ontstaan van het moderne Rusland, 1672-1725. Van Boekhoven-Bosch: Utrecht, 1985.
http://www.historischnieuwsblad.nl/index.html (Laats bezocht: 7 januari 2013)
http://www.kunstkamera.ru/en (Laatst bezocht: 7 januari 2013).
http://ruysch.dpc.uba.uva.nl/ (Laats bezocht: 8 januari 2013).
Documentaire: Dr. Ruysch, History of dissection and embalming (Laatst bezocht: 5 januari 2013)
http://www.youtube.com/watch?v=D21y6dhj5To
http://www.youtube.com/watch?v=dkCvoiCyjOA
http://www.youtube.com/watch?v=Yxj15HSfD40
1. http://ruysch.dpc.uba.uva.nl/cgi/t/text/text-idx?c=ruysch;lang=nl;page=home;#
2. http://historiek.net/museumnieuws/7396-hermitage-komt-met-grote-tentoonstelling-over-peter-de-grote?device=desktop
3. http://en.wikipedia.org/wiki/File:Frederik_Ruysch,_by_Jurriaen_Pool.jpg
4. http://en.wikipedia.org/wiki/File:Kunstkamera_SPB_01.jpg
Anemone, A., ‘The monsters of Peter the Great: The Culture of the St. Petersburg Kunstkamera in the Eighteenth Century’, The Slavic and
East European Journal 44 (2000) 583-602.
Deugd, N. de, Hoop, S. de, Poel, S. van der, Perspectieven op Midden en Oost-Europa. Een gedeelde ruimte waar
het verleden maar geen geschiedenis wordt. Van Gorcum : Assen, 2011.
Driessen-Van het Reve, J.J. De Kunstkamera van Peter de Grote, de Hollandse inbreng, gereconstrueerd uit brieven
van Albert Seba en Johann Daniel Schumacher uit de jaren 1711-1752. Verloren: Amsterdam, 2006.
Kistemaker, R., Kopaneva, N. en Overbeek, A. Peter de Grote en Holland, Culturele en wetenschappelijke betrekkingen tussen
Rusland en Nederland ten tijde van tsaar Peter de Grote. THOTH: Bussum, 1996.
Kooijmans, L. Death Defied, the anatomy lessons of Frederik Ruysch. BRILL : Leiden, 2011.
Land, J.P.N. Over de werking van eenige hartgiften. N. H. Beer : Amsterdam, 1886.
Massie, R. Peter de Grote en het ontstaan van het moderne Rusland, 1672-1725. Van Boekhoven-Bosch: Utrecht, 1985.
http://www.historischnieuwsblad.nl/index.html (Laats bezocht: 7 januari 2013)
http://www.kunstkamera.ru/en (Laatst bezocht: 7 januari 2013).
http://ruysch.dpc.uba.uva.nl/ (Laats bezocht: 8 januari 2013).
Documentaire: Dr. Ruysch, History of dissection and embalming (Laatst bezocht: 5 januari 2013)
http://www.youtube.com/watch?v=D21y6dhj5To
http://www.youtube.com/watch?v=dkCvoiCyjOA
http://www.youtube.com/watch?v=Yxj15HSfD40